Mary Baker Eddy en de Christian Science. Deel IV

Het mag een unicum heten, dat de stichtster van een godsdienst na de dood gelegenheid krijgt de fouten in haar leer te corrigeren. Het werd mogelijk door het contact, dat in het Oude Egypte, de bakermat van wijsheid en mystiek, werd opgebouwd. Jozef Rulof, die op duizenden wijzen bewees, dat hij die verbinding met de hemelen bezit, was als instrument van de Meesters gereed Mary Baker Eddy’s oproep vast te leggen en door te geven. Hierna zal dit vooralsnog niet meer mogelijk zijn, daar deze ziel nog als een onbewust kind in de Ruimte staat en nog alles te leren heeft.

U ontvang hier haar Woord, zoals zij het gaf: overweldigd door de macht van het contact, dat haar geboden werd, en door de emotie, die haar het spreken bijna onmogelijk maakte.

Zij smeekt haar Christian Scientisten haar leer te ontleden en te zuiveren aan de hand van de feiten, die wij hierboven afdrukten.

Anny Besant vraagt het de haren, Max Heindel bidt er om, omdat zij met Mary Baker Eddy stilstaan in de Goddelijke Kosmos, vastgeketend als zij zijn aan een leer, die in hun naam het onbewustzijn van de massa, elke dag weer, vergroot. Zij smeken hun aanhangers onbevooroordeeld en ontvankelijk in te gaan in de wijsheid van de Engelen, die in de boeken van Jozef Rulof, hun instrument, voor alle tijden werd vastgelegd.

Evolutie nr 17 -15 juli1947

Citaat uit Geestelijke Gaven.

Wij laten niets aan het Opperwezen over, want God zegt: ‘Al Mijn kinderen werken voor Mij. Doe eerst dat wat ge zelf kunt en kom dan tot Mij, Ik zal u dan helpen!’ Maar de Christian Science denkt er anders over, doch deze geneesmethode is onzeker, is eigenlijk profanatie. Iets wat gebroken is, kunnen wij niet genezen. Het kan wel tot verrotting overgaan.
De aanhangers van de Christian Science willen hun kind dat ’n been gebroken heeft en neerligt, beter bidden. De dokter komt eindelijk en moet hun de ouderlijke macht ontnemen, zover gaat uw scientist die onvoorwaardelijk overgeeft wat door ’n stoffelijke hand in slechts korte tijd genezen wordt. God kan dit been niet genezen, God zegt: ‘Ga tot Mijn andere kind – uw dokter – en hij zal u hulp schenken!’
Waarvoor dienen anders al deze mensen? Aan deze zijde kunt ge het onnatuurlijke van uw eigen leven vaststellen en dit heeft ook Mary Baker Eddy moeten aanvaarden toen ze het aardse leven met het eeuwige verwisselde. Ze heeft aan mijn meester gevraagd haar gedachten in dit boek vast te leggen en aan haar volgelingen door te geven, hetgeen ze bij alle volken tracht te bereiken, om op deze wijze haar fouten enigszins goed te maken.

Mary Baker Eddy zegt u:

‘Ik leerde aan deze zijde de wetten van God kennen. Ik heb geleerd wat God heeft gewild en hoe het menselijke wezen op aarde geholpen kan worden. Voor ’n gebroken been is aardse hulp nodig. Het been kan genezen wanneer het gezet is. De kunst van een dokter is het bewuste dienen door wetenschappelijke studie en dit heb ik in handen van God teruggevoerd. God weigerde beslist. Aan deze zijde zag ik waarom God mijn gebed geweigerd heeft. Ik was in opstand en in botsing met de stoffelijke wetten.
Gij scientisten moet aanvaarden dat niet alles door het gebed kan worden genezen. De hoogste engelen aan deze zijde hebben mij van mijn onkunde overtuigd, waarna ik diep mijn hoofd heb moeten buigen.
Bid, bid steeds tot God en vraag om genezing, maar weiger geen stoffelijke hulp. Volg door de wetenschap Gods kracht en macht, eerst dan heeft uw gebed Goddelijke betekenis. Bidden alléén helpt niet wanneer die hulp noodzakelijk is. Daarna eerst heeft het gebed betekenis.

Ik dacht door God het onmogelijke tot stand te brengen en verbrijzelde mijzelf. Ik beging fout na fout, niet wetend dat toch Gods zegen altijd geschonken wordt. Ik vernietigde de wetten voor het stoffelijke leven, ging regelrecht tot Hem, die ons aller Vader is en leefde boven de eigen machten en krachten, die in mij waren en die de hogere ontwaking niet konden beleven.
Door uw geneesheer tot God, wil ik u vanuit deze zijde zeggen, dan tot Hem door uw rein gebed en de wil Zijn hulp te aanvaarden! Dit is hetgeen ik tijdens mijn leven niet heb begrepen. Ik bracht een kloof tussen Hem en mij en uw levens. Geve God dat dit woord tot u komt.
God schonk mij deze genade, waarvoor ik dankbaar ben. Ik dwaal over de aarde, ben op zoek naar het instrument dat mijn gedachten zal opvangen. Eerst dan ga ik aan deze zijde verder en bereik ik het hogere-ik. Mijn rust hebt ge in uw handen.
Uw Mary Baker Eddy.’

En zo is het! Bidden alléén is niet voldoende, ook al is voor God alles mogelijk. Maar haar volgelingen verwaarlozen zichzelf. Gene Zijde bracht de wetenschap naar de aarde. Uw dokter is een helper van God en een kind, indien hij z’n taak voelt. Zijn behandeling is ’n gebed, want hij dient. En dienen is bidden!
De gelovigen bidden om beterschap, maar ze moeten nu weten wanneer ze kunnen bidden, eerst dan heeft het gebed betekenis. Dit natuurlijke hebben al haar aanhangers. Het bidden voor een gebroken been is het beleven van de Christian Science. Dat moeten ze afleren, of ze breken zichzelf af.
Wij bewandelen haar weg niet, zoals reeds gezegd is. We verwaarlozen de wetenschap niet en dit is meermalen de ondergang voor het fanatieke geloof in God, dat onbewust vertrouwen is en betekent. Dat vertrouwen is ziekelijk, omdat het geen kennis van zaken heeft. Het is het vernietigen van het bestaande, de eigen bewustwording, en dit heeft God nooit gewild, want God wil dat wij ons Zijn wetten eigen maken. Deze levens staan stil! Het is iets verzachtender dan profanatie, maar toch zo onbeholpen, zo ongeestelijk.
Het spreekt vanzelf dat, indien uw dokter u geen hulp kan schenken, ge kunt doen wat ge zelf wilt; of ge thans door de kat of de hond gebeten wordt, als de genezing maar komt, denken velen. En ook dat is heel menselijk, maar pas op dat ge niet in de handen van ’n charlatan valt. Ge zoudt ’n narigheid beleven zoals nog nimmer in uw leven is gekomen. Het enige wat ge nu doen kunt is, alles overgeven wat in Gods handen ligt en de wetten van God zullen spreken. Onvoorwaardelijk komt het weten tot u en ge bent in veilige handen gekomen, zoals het ’n gelovige betaamt.

Geestelijke Gaven, 8e druk 2007